Pas wanneer God de nieuwe hemel en aarde binnengaat,
neem Hij het andere deel van Zijn glorie
en openbaart dit als eerste in het land Kanaän,
waardoor er een sprankje licht op de hele aarde schijnt
die verzonken is in de pikdonkere duisternis van de nacht,
zodat de gehele aarde in het licht kan komen.
Laat alle mensen van de hele aarde komen om kracht te putten
uit de kracht van het licht,
waardoor Gods glorie kan toenemen
en voor elke natie opnieuw verschijnt.
Laat de hele mensheid beseffen dat
God lang geleden naar de menselijke wereld is gekomen
en lang geleden Zijn glorie van Israël naar het oosten heeft gebracht;
want Zijn glorie straalt vanuit het oosten,
waarnaar het werd overgebracht van het Tijdperk van Genade
tot op de dag van vandaag.
Maar het was vanuit Israël dat God vertrok
en dat Hij in het oosten aankwam.
Pas wanneer het licht van het oosten geleidelijk wit wordt,
zal de duisternis over de aarde licht worden,
en pas dan zal de mens ontdekken dat
God al lang geleden uit Israël is weggegaan en opnieuw in het oosten opstaat.
Nadat God eenmaal in Israël is afgedaald en er later uit is vertrokken,
kan God niet opnieuw in Israël geboren worden,
omdat Zijn werk het hele universum leidt,
en bovendien, de bliksem rechtuit van oost naar west flitst.
Daarom is God in het oosten afgedaald
en heeft Kanaän naar de mensen in het oosten gebracht.
Hij wenst mensen van over de hele aarde naar het land Kanaän te brengen,
en dus blijft Hij doorgaan met uitspraken in het land Kanaän
om het hele universum te beheersen.
Op dit moment is er geen licht op de hele aarde behalve in Kanaän,
en alle mensen zijn in gevaar door honger en kou.
Hij wenst mensen van over de hele aarde naar het land Kanaän te brengen,
en dus blijft Hij doorgaan met uitspraken in het land Kanaän
om het hele universum te beheersen.
Op dit moment is er geen licht op de hele aarde behalve in Kanaän,
en alle mensen zijn in gevaar door honger en kou,
alle mensen zijn in gevaar door honger en kou.
uit ‘Volg het Lam en zing een nieuw lied’